Financial Statement

Financiële overzichten zijn formele verslagen van de financiële activiteiten en positie van een organisatie.

Met deze Tableau-versneller kunt u:

• De financiële gezondheid van uw organisatie beoordelen
• Uw financiële resultaten waarderen (winst en verlies): resultatenrekening, waterfall, jaarverslag
• Sommige simulaties op uw resultatenrekening toepassen (wat-als-analyse)
• Uw financiële posities waarderen: balans
• De conversiecyclus van uw kasmiddelen verbeteren

Demovideo

Belangrijke vragen over uw bedrijf beantwoorden

• Wat is de financiële situatie van uw organisatie?
• Hoeveel winst heeft onze organisatie gegenereerd?
• Wat is ons werkkapitaal?
• Hebben we te veel schulden?
• Wat zijn de aandrijvers van verandering in ons netto-inkomen in de loop van de tijd?

KPI's monitoren en verbeteren

Resultatenrekening

• Totale opbrengsten: totale bedrag aan inkomsten gegenereerd door de verkoop van goederen of diensten gerelateerd aan de hoofdactiviteiten van het bedrijf (uitgedrukt in valuta)
• Opbrengstkosten: totale kosten voor het produceren en verkopen van een product of dienst. Dit omvat alle kosten die verband houden met het productieproces zoals grondstoffen, arbeid, overheadkosten. Het omvat ook alle andere directe kosten die verband houden met de productie en levering van het product of de dienst (uitgedrukt in valuta)
• Brutowinst: bedrag dat overblijft van de opbrengsten na aftrek van de opbrengstkosten (uitgedrukt in valuta)
• Operationele uitgaven: uitgaven (uitgaande kasstroom) die een bedrijf doet om inkomsten te genereren (ook wel 'SG&A-uitgaven' genoemd): S&M-uitgaven, R&D-uitgaven, G&A-uitgaven (uitgedrukt in valuta)
• Operationele uitgaven %: bepaalt hoeveel het daadwerkelijk kost om uw bedrijf te runnen ten opzichte van hoeveel u binnenbrengt uit de opbrengst (uitgedrukt in %)
• Waardevermindering en afschrijving: afschrijvingen en waardeverminderingen zijn methoden voor het evenredig verdelen van de kosten van bedrijfsmiddelen gedurende de gebruiksduur (uitgedrukt in valuta)
• Rente en belastingen: alle belastingen die het bedrijf moet betalen, plus de rente die betaald moet worden aan schuldeisers (uitgedrukt in valuta)
• Operationeel inkomen: inkomsten vóór rente en belastingen → winsten vóór aftrek van rentelasten en belastingbetalingen (uitgedrukt in valuta)
• Netto-inkomen: totale bedrag aan inkomen dat overblijft na aftrek van uitgaven en inhoudingen (uitgedrukt in valuta)

Balans

• Vlottende activa: activa waarvan wordt verwacht dat deze binnen minder dan 12 maanden worden omgezet in kasmiddelen: kasmiddelen, vorderingen, voorraad, vooruitbetaalde kosten (uitgedrukt in valuta)
• Vlottende passiva: facturen die binnen 12 maanden vanaf de datum van de balans betaald moeten worden: handelsschulden, opgebouwde kosten, vlottende deel van schulden, verschuldigde inkomstenbelasting (uitgedrukt in valuta)
• Werkkapitaal: geldbedrag waarmee de onderneming op de korte termijn moet werken (ook wel 'netto vlottende activa' of 'fondsen' genoemd) (uitgedrukt in valuta)
• Totale activa: het uiteindelijke bedrag van alle bruto-investeringen, kasmiddelen en equivalenten, vorderingen en overige activa die zijn opgenomen op de balans (uitgedrukt in valuta)
• Totale passiva: vlottende passiva en schulden op de lange termijn (uitgedrukt in valuta)
• Totaal vermogen: bepaalt hoeveel een bedrijf overhoudt aan activa als de activiteiten onmiddellijk worden gestaakt (uitgedrukt in valuta)

Liquiditeitsratio's

• Current ratio: het vermogen van het bedrijf om op de vervaldag aan de betalingsverplichtingen te voldoen
• Quick ratio: bepaalt het vermogen van een debiteur om de kortlopende schuldverplichtingen af te betalen met de meest liquide activa ('kasmiddelen' en 'vorderingen')

Toevertrouwde middelen

• Doorlooptijd: bepaalt hoe vaak een bedrijf de voorraad roteert ten opzichte van de kosten van de verkochte goederen (COGS) in een jaar (uitgedrukt in aantal rotaties)
• Ratio toevertrouwde middelen: meet de waarde van de opbrengsten van een bedrijf ten opzichte van de waarde van de activa. Dit meet de efficiëntie waarmee een bedrijf de activa gebruikt om opbrengst te genereren (uitgedrukt in aantal rotaties)

Winstgevendheidsratio's

• Brutomarge: deel dat overblijft van de opbrengsten na aftrek van de opbrengstkosten (ook wel 'Brutowinst % genoemd) (uitgedrukt in %)
• Operationele marge: deel van inkomsten vóór rente en belastingen → deel van winsten vóór aftrek van rentelasten en belastingbetalingen (uitgedrukt in %)
• Nettomarge: deel van inkomen dat overblijft na aftrek van uitgaven en inhoudingen (uitgedrukt in %)
• Rendement op activa: geeft aan hoe winstgevend een bedrijf is ten opzichte van de totale activa. Dit meet de efficiëntie waarmee een bedrijf de activa gebruikt om winst te genereren (uitgedrukt in %)
• Rendement op vermogen: bepaalt de winstgevendheid van een bedrijf en de mate van efficiëntie van een bedrijf om winsten te genereren. ROE (rendement op vermogen) wordt beschouwd als het rendement op de netto-activa (uitgedrukt in %)

Hefboomwerkingsratio's

• Verhouding schuld/eigen vermogen: meet de mate waarin een bedrijf de activiteiten financiert met een schuld in plaats van met eigen middelen.
• Schuldratio: meet de mate van hefboomwerking van een bedrijf. Dit kan worden geïnterpreteerd als het deel van de activa van een bedrijf dat door een schuld wordt gefinancierd.
• Solvabiliteitsratio: definieert hoeveel schuld een bedrijf heeft in vergelijking met de activa. Deze informatie geeft de mate van financiële stabiliteit van een bedrijf aan (uitgedrukt in %)

Conversiecyclus van kasmiddelen

• Dagen uitstaande voorraad (DIO): gemiddelde tijd, in dagen, die een bedrijf nodig heeft om de voorraad te roteren. Dit wordt gebruikt om de efficiëntie van de verkopen te bepalen (uitgedrukt in dagen)
• Dagen uitstaande verkopen (DSO): gemiddeld aantal dagen dat een bedrijf nodig heeft om de betaling voor een verkoop te innen (uitgedrukt in dagen)
• Dagen uitstaande betaling (DPO): gemiddelde tijd, in dagen, die een bedrijf nodig heeft om rekeningen en facturen te betalen aan schuldeisers (uitgedrukt in dagen)
• Conversiecyclus kasmiddelen (CCC): gemiddelde tijd, in dagen, die een bedrijf nodig heeft om de investeringen in voorraad en andere middelen te converteren in kasstromen uit verkopen (uitgedrukt in dagen)

Vereiste kenmerken

• Maand (datum): maand
• KPI-code (tekenreeks): KPI-code overeenkomstig de gedefinieerde regels (*)
• KPI-uitsplitsing (tekenreeks): detailniveau dat de aard van de opbrengst, uitgaven, activa of passiva identificeert (**)
• KPI-waarde (numeriek): waarde van de overeenkomende KPI

(*) 'KPI-code' is een kenmerk waarvoor specifieke waarden worden verwacht:

• 'REVENUES'**: opbrengsten
• 'COST OF REVENUES'**: opbrengstkosten
• 'OPEX'**: operationele uitgaven
• 'DEPREC': waardeverminderingen en afschrijvingen
• 'TAXES': rente en belastingen
• 'CASSETS'**: vlottende activa
• 'CLIABILITIES'**: vlottende passiva
• 'NASSETS'**: vaste activa
• 'NLIABILITIES'**: vaste passiva

(**) 'KPI-uitsplitsing' is een kenmerk waarvoor in bepaalde speciale gevallen specifieke waarden worden verwacht:

KPI-code = 'REVENUES' (opbrengsten)

• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk type opbrengst (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Opbrengsten')

KPI-code = 'COST OF REVENUES' (opbrengstkosten)

• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk type opbrengstkosten (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Opbrengstkosten')

KPI-code = 'OPEX' (operationele uitgaven)

• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk type operationele uitgave (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Operationele uitgaven')

KPI-code = 'CASSETS' (vlottende activa)

• KPI-uitsplitsing='Kasmiddelen' → verwijst naar het bedrag van aangehouden direct opvraagbare kasmiddelen
• KPI-uitsplitsing='Vorderingen' → verwijst naar het bedrag in geld dat door klanten verschuldigd is voor goederen of diensten die op krediet zijn geleverd
• KPI-uitsplitsing='Voorraad' → verwijst naar de waarde van goederen, producten of materialen die in de voorraad worden aangehouden Vlottende passiva
• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk overig type vlottende activa (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Vlottende activa')

KPI-code = 'CLIABILITIES' (Vlottende passiva)

• KPI-uitsplitsing='Handelsschulden' → verwijst naar het bedrag in geld dat aan leveranciers is verschuldigd
• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk overig type vlottende passiva (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Vlottende passiva')

KPI-code = 'NASSETS' (Vaste activa)

• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk type vaste activa (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Vaste activa')

KPI-code = 'NLIABILITIES' (Vaste passiva)

• KPI-uitsplitsing='xxx' → elk type vaste passiva (vervang 'xxx' door uw uitsplitsing van 'Vaste passiva')